De wet van 31 mei 2017 legt een verplichte tienjarige aansprakelijkheidsverzekering op. Die is beperkt tot de soliditeit, de stabiliteit en de waterdichtheid van de gesloten ruwbouw, voor alle actoren in de bouwsector, zijnde de architect, de aannemers en de andere dienstverleners in de bouwsector (bijvoorbeeld studiebureaus) bij het uitvoeren van onroerende werken op woningen, waarvoor de tussenkomst van een architect vereist is.
Gesloten ruwbouw
Na parlementaire vraag aan de bevoegde minister Kris Peeters is ‘gesloten ruwbouw’ als volgt te definiëren: ‘de elementen die bijdragen tot de stabiliteit of de stevigheid van het bouwwerk alsook de elementen die voor de wind- en waterdichtheid van het bouwwerk zorgen’. Dit is de actuele situatie, maar kan zeker nog evolueren, gezien dit recente wetgeving is. Duidelijk is dat aannemers van ruwbouwwerken, renovatiewerken en dakwerken onder deze verzekeringsplicht vallen.
Voor wie
Die plicht is er ook bijvoorbeeld voor aannemers van chapewerken (waar de chape de ondergrond vormt voor de vloeren in het gebouw) en voor schrijnwerkers die ramen en buitendeuren plaatsen en hiermee de gesloten ruwbouw realiseren. De plicht is niet van toepassing voor bezetters van buitengevel met crepi en schrijnwerkers die de trap installeren tussen het gelijkvloers en de verdiepingen of die binnendeuren installeren. Ook plaatsers van parket en vloerbekleding, aannemers van schilderwerken, elektriciteitswerken, centrale verwarming, sanitair, … vallen buiten deze plicht.
Verzekerings- mogelijkheden
Toch kunnen ook aannemers die niet onder die verzekeringsplicht vallen, zich vanaf 1 juli 2018 verzekeren voor hun tienjarige aansprakelijkheid. Dat is zeker aan te bevelen, want die aansprakelijkheid was er ook al vóór 1 juli 2018, maar was toen nog niet verzekerbaar. De nieuwe wet trad in werking op 1 juli 2018 en is van toepassing voor werken in onroerende staat waarvan de stedenbouwkundige vergunning werd afgeleverd vanaf 1 juli 2018.