Textiel heeft toekomst
Jelle Van Ransbeeck & Patrick De Saedeleir DS Textile Platform

Textiel heeft toekomst

REGIO Dendermonde - DS Textile Platform

Flexibiliteit en veerkracht: het zijn eigenschappen die je niet meteen zou toeschrijven aan wie al meer dan een eeuw lang op deze aardkluit vertoeft. Bij DS Textile Platform bewijzen ze dat het wel degelijk kan. De liefde voor textiel én recyclage vormt de rode draad - of de rode loper - doorheen de 121-jarige geschiedenis van het bedrijf van de familie De Saedeleir. Dankzij vier telgen van de vierde generatie blijft de onderneming meer dan ooit relevant in de textielindustrie en profileert het zich nog altijd als een belangrijke werkgever voor de regio Dendermonde.

Jelle_Van_Ransbeeck_Coverflooring_Patrick_De_Saedeleir_DS_Textile_Platform

Het waren de overgrootouders van de huidige zaakvoerders die in 1898 de fundamenten van de onderneming goten. “Damien De Saedeleir stamde uit een gezin met zeven broers en één zus”, weet Patrick De Saedeleir, achterkleinkind van de stichter. “Hij trok van boerderij naar boerderij om textielafval, oud ijzer en zelfs slachtafval te verzamelen. De textielfractie werd uitgerafeld tot vezels die vervolgens grondstoffen vormden voor paardendekens en de hier toen bloeiende dweilindustrie.”

In principe is er in 121 jaar niet geweldig veel veranderd aan die activiteiten en de focus op textiel en recyclage bleef. Dat leidde tot een bedrijf dat anno 2019 circa 350 medewerkers telt en wereldwijd business genereert. Patrick De Saedeleir vormt samen met broer Pascal en neven Kris en Dirk het kwartet familiale aandeelhouders.

“Niets is zo sterk als een familie die goed samenwerkt, maar tegelijk is niets zo zwak als een familie die ruzie maakt. Gelukkig gaat voor ons die eerste stelling op. Door de diversiteit van onze activiteiten kan iedereen min of meer zijn ding doen en autonoom beslissen over sommige zaken, terwijl we over strategische zaken samen de knopen doorhakken. De realiteit leert dat we meestal op dezelfde golflengte zitten. Maandelijks hebben we onze raad van bestuur, waarin ook drie externen zetelen. Hun mening is soms cruciaal om bepaalde items, die wij misschien te veel vanuit onze emotionele betrokkenheid benaderen, te objectiveren.”

Sinds de overname van Sommer in 2004 leggen we ons nadrukkelijk toe op de expo- en evenementenmarkt.

Beurstapijt

STERCK. Hebben jullie ooit getwijfeld om door te gaan met textiel toen die branche in onze contreien zowat op haar gat zat?

Patrick De Saedeleir: “Textiel zit eigenlijk in ons DNA. Uiteraard hebben we ons door de jaren heen aangepast aan de tendensen van de industrie. Omwille van de hoge loonlast en de concurrentie met het Verre Oosten focussen we ons al lang niet meer op de grote volumes, maar hebben we ons ontwikkeld tot specialisten in bepaalde niches. De automatisering van ons productieproces heeft daartoe bijgedragen. We mogen ons vandaag de Europese marktleider inzake productie van beurstapijt noemen. Eigenlijk lenen dergelijke tapijten zich maar voor eenmalig gebruik. De kunst bestaat erin ze vervolgens zo goed mogelijk te recupereren en opnieuw in te zetten als grondstoffen voor andere producten.”

Jelle Van Ransbeeck (managing director Coverflooring): “Het zou niet goed komen mocht je het aan de klanten overlaten om die tapijten terug te krijgen. Daarom leiden we via lokale filialen zowel de plaatsing als de recuperatie in goede banen, met mensen die daar al een schat aan ervaring in hebben opgebouwd. Zeker sinds de overname in 2004 van Sommer (Frans bedrijf, nvdr.) leggen we ons nadrukkelijk toe op die expo- en evenementenmarkt. De productie gebeurt in Frankrijk, Coverflooring commercialiseert de producten in België. Beurstapijt is omzetmatig tot onze belangrijkste tak geëvolueerd. Zonder tapijten zouden beurzen op akoestisch vlak trouwens een drama zijn.”

STERCK. Welke zijn de andere pijlers van jullie activiteiten?

De Saedeleir: “We produceren ook polyestervezels, die voor een groot deel vervaardigd zijn uit gerecycleerde PET-flessen. Via tal van Europese partners laten we die flessen vermalen en wassen, waarna ze kunnen worden omgezet tot vervormbaar tapijt, in eerste instantie voor de automotive-industrie. In Europa staan we al heel ver in de recuperatie van dikwandig plastic, het zijn vooral de dunwandige producten en folies die een probleem vormen voor ons klimaat.

Jelle_Van_Ransbeeck_Coverflooring_Patrick_De_Saedeleir_DS_Textile_Platform

Technisch textiel vormt onze derde belangrijke poot. Die producten hebben geen esthetische functie, maar zijn cruciaal omwille van hun functionaliteit. Zo maken we vilten voor akoestische toepassingen en produceren we anti-onkruiddoeken van volledig composteerbare materialen. Die zijn onder meer gegeerd door groendiensten van steden en gemeenten, omdat die (bio-)producten het onderhoud van groenvoorzieningen een stuk eenvoudiger maken en veel tijd besparen. Te veel mensen kiezen helaas nog voor goedkopere plastic alternatieven, maar staan er onvoldoende bij stil welke vervuilende impact die hebben op ons milieu. Het grootste project waar we met deze producten een bijdrage aan hebben geleverd, is de aanleg van een kilometerslange bedding voor de TGV.”

Bol.com-generatie

STERCK. Welke tendensen leven in de markt van het beurstapijt?

Van Ransbeeck: “De drang naar gepersonaliseerde oplossingen blijft groeien. Dat weerspiegelt zich zowel in een grotere kleurkeuze als in het verwerken van de huisstijl in dergelijke tapijten. De klassieke rode loper is nagenoeg passé. Steeds meer beursorganisatoren en exposanten beseffen hoe belangrijk het is om hun klanten vanaf de eerste minuut een wow-ervaring te geven. Als je er mede dankzij een origineel tapijt in slaagt bezoekers meteen mee te zuigen in de sfeer van het evenement, is de organisatie al voor een groot stuk in haar opzet geslaagd. Zo hebben we voor een jazzfestival de treden van een trap dermate aangekleed dat die op een piano leek.”

Het zijn vooral de dunwandige producten en folies die een probleem vormen voor ons klimaat.

De Saedeleir: “Waar we lange tijd een productiegericht bedrijf zijn geweest dat vervolgens alle zeilen bijzette om al die producten te gaan commercialiseren, zijn we geëvolueerd naar een klantgerichte organisatie die ook veel maatwerk aflevert. Dat was nodig om te anticiperen op de huidige trends, maar vergt uiteraard ook een omslag in je organisatie. Medewerkers moeten anders gaan denken, de vertrouwde aanpak laten varen en zien de transitie die je moet maken in eerste instantie als een bedreiging. Het vereist een goede communicatie om iedereen mee te krijgen in dat verhaal, maar dat is toch gelukt. Zo merkten we hoe fier iedereen was toen ze van die anti-onkruiddoeken een rol mee naar huis kregen en de efficiëntie ervan aan den lijve ondervonden.”

Van Ransbeeck: “Het helpt dat we kunnen terugvallen op een structuur zonder al te veel hiërarchie. De communicatie kan rechtstreeks gebeuren, zonder veel omwegen. Met een logge structuur zou je nooit snel kunnen anticiperen op de noden van de markt, terwijl dat net nu meer dan ooit noodzakelijk is. Onder meer in de evenementensector zie je dat heel wat managers net afgestudeerd zijn en deel uitmaken van wat wij de ‘bol.com-generatie’ noemen: ze zijn het gewoon dat wat ze vandaag bestellen, morgen al geleverd wordt. Het is bij ons gelukkig niet zo dat elk order last minute binnenkomt, maar we zijn er wel op voorzien om ook de aanvragen die pas in extremis komen, toch snel te verwerken.”

OPVALLENDE WEETJES
  • 1898 oprichtingsjaar
  • 350 medewerkers
  • 2 broederparen vormen de vierde generatie
  • 85 miljoen euro euro omzet
  • Productie in Dendermonde, Nederland, Frankrijk en Mexico

STERCK. Hoe krachtig is jullie link met Dendermonde?

De Saedeleir: “Oorspronkelijk waren we in Lebbeke gevestigd. Op een bepaald moment zat de vezelrecuperatie daar zelfs verspreid over drie sites. Toen in 1975 de industriezone Hoogveld in de steigers stond, waren we het tweede bedrijf dat zich er vestigde. Sindsdien zijn we hier fel gegroeid en hebben we er ook fors geïnvesteerd. Twee windmolens leveren mee de energie die noodzakelijk is voor onze productieprocessen.

Dendermonde zien we echt als onze thuis, die we zo gezellig mogelijk willen maken. Daarom is er veel werk gemaakt van groenbeplanting, om te vermijden dat de industriezone er te grauw zou uitzien. Er is op de zone ook een businessclub die regelmatig samenkomt en die nu onder meer de mogelijkheden bekijkt om samen een micro-grid te vormen, wat voor een interessante kruisbestuiving inzake energie zou kunnen zorgen. De relatie met het stadsbestuur is goed en in principe is de ligging tussen Brussel, Gent en Antwerpen ideaal, alleen zou de ontsluiting beter kunnen. Maar: we klagen niet. Van delokalisatie is absoluut geen sprake.”

Top5 meest gelezen
    Top5 gedeelde artikels