Wie een schoolvoorbeeld van krachtige samenwerking tussen private ontwikkelaars, een gemeente en de NMBS wil zien, moet in Aalter zijn. De realisatie van de nieuwe stationsomgeving geeft er extra zuurstof aan het openbare leven én faciliteert een betere mobiliteit via het spoor. Ook op andere fronten voel je de dynamiek in de recent met Knesselare gefuseerde gemeente opborrelen. Waarnemend burgemeester Patrick Hoste en burgemeester Pieter De Crem maken ons wegwijs doorheen de grootse plannen.
Het gaat goed met Aalter, dank u. De gemeente pronkt al jaren met erg lage werkloosheidscijfers, ondanks de herstructureringsronde van enkele jaren geleden bij Bekaert.
Patrick Hoste: “Kmo’s en middelgrote bedrijven vormen de hoeksteen van onze lokale economie, maar we hebben nog een aantal ‘vlaggenschepen’ die voor veel werkgelegenheid zorgen. Zo is Friesland-Campina een grote Europese speler in de zuivelindustrie met een belangrijke vestiging bij ons. Zij koesteren bovendien plannen om extra in deze site te investeren, wat getuigt van een langetermijnvisie en veel vertrouwen in wat hier gebeurt. Ook Meat & More (vleeshandel die steeds meer inzet op bereide maaltijden) is een goed voorbeeld van hoe een klein begonnen bedrijf op een creatieve manier groeit. Igepa (papiergroothandel die steeds meer nieuwe klemtonen legt) koestert eveneens ambitieuze plannen om de activiteiten hier uit te breiden. Dat zijn allemaal positieve signalen die erop wijzen dat het wel snor zit met onze lokale economie.”
Creatief uitbreiden
STERCK. Is er ook voldoende ruimte beschikbaar om die uitbreidingsplannen effectief te realiseren?
Hoste: “We merken dat bedrijven daar op een heel creatieve manier mee omspringen. Friesland-Campina heeft op de eigen site nog gronden beschikbaar, Meat & More heeft de voorbije jaren verschillende omliggende gronden opgekocht… Van zodra er op een bedrijventerrein ruimte vrijkomt, wordt die snel weer ingevuld. We doen als gemeente ons uiterste best om ondernemingen daarin ook te steunen, bijvoorbeeld door koppelbouw toe te laten. Zo kan je efficiënter bouwen, met weinig tot geen ruimteverlies.
Bovendien zetten we sterk in op de reconversie van bestaande gronden. Zo zijn heel wat bedrijven en zelfstandigen nu actief op de vrijgekomen ruimte van de vroegere Bekaert-site, een evolutie die zich trouwens ook voltrok op de gronden van het vroegere Wavin. Het zorgt ook voor meer diversiteit in onze economie: we zijn niet afhankelijk van één sector die prominent aanwezig is. Daardoor zijn de risico’s op het eventuele verlies van arbeidsplaatsen ook veel beter gespreid.”
Op 1 januari 2019 ging de fusie tussen Aalter en Knesselare, die in 2017 werd beklonken, officieel van start. Patrick Hoste: “De grootste uitdaging is het samenbrengen van twee lokale besturen en het stroomlijnen van de nieuwe entiteit. Intussen staan we daar al vrij ver mee en loopt de integratie op bestuursvlak vrij vlot. Knesselare beschikt met Moerakker over een drukbevolkt bedrijventerrein en kan terugvallen op een sterk handelsapparaat. Het enthousiasme om te kunnen meewerken in en aan een nieuwe gemeente is groot, bij alle partijen.”
STERCK. In welke mate investeert de gemeente in de modernisering van bedrijventerreinen?
Pieter De Crem: “Een bedrijventerrein moet zo aantrekkelijk mogelijk zijn, zodat iedereen die er werkt of te gast is, er ook gráág komt. Op Lakeland, onze oudste zone (eerste ontwikkelingen dateren van de jaren zestig, red.), hebben we fors geïnvesteerd in de ontkoppeling van regenwater en vuil water om wateroverlast te vermijden. Binnen twee jaar zullen ook de wegen vernieuwd zijn, zijn er fietspaden en mooie groenvoorzieningen aangelegd én is het rioolstelsel geoptimaliseerd. Op die manier stimuleer je het comfort van iedereen die er moet zijn.”
STERCK. In hoeverre maken de ondernemingen op de bedrijventerreinen gebruik van transport via de binnenvaart?
Hoste: “We merken dat de aanvoer via het kanaal Gent-Brugge-Zeebrugge toch al stevige proporties aanneemt. Via het water wordt nu al 500.000 ton aan goederen aangevoerd. Zo verplicht Dubaere, dat wapeningsnetten en draad op rollen produceert, zijn leveranciers om alles via de binnenscheepvaart aan te voeren. Dat vergt bij iedereen wel een andere mindset, maar het werkt.”
De Crem: “Op het bedrijventerrein Woestijne mogen alleen bedrijven met watergebonden activiteiten komen. Daar start in november 2019 trouwens een proeftraject voor containeroverslag. Als we daar een stabiele trafiek kunnen organiseren, kan daar op termijn een permanent overslagcentrum voor containers komen. We voelen bij veel bedrijven interesse om daar gebruik van te maken. Iedereen beseft hoe belangrijk het is om het wegverkeer zoveel mogelijk te ontlasten en zo ecologisch mogelijk te werken. Vervoer via binnenvaart draagt daar in belangrijke mate toe bij. Dankzij de rechtstreekse verbinding met het Seine-Scheldetraject geniet Woestijne trouwens van een uitstekende strategische ligging.”
Twee burgemeesters
Pieter De Crem is sinds 1995 burgemeester van Aalter. De huidige minister voor Binnenlandse Zaken, Veiligheid en Buitenlandse handel krijgt lokaal sinds 2008 ondersteuning van waarnemend burgemeester Patrick Hoste. Patrick Hoste: “We vormen een goed geoliede tandem die alleen maar sterk kan functioneren door een oerdegelijke interne communicatie. Ik ben verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding, maar we bepalen gezamenlijk de richting die we met deze gemeente uit willen. Het is alleen maar positief dat we soms eens van mening verschillen over de weg die we daarvoor moeten bewandelen. Uiteindelijk komen we altijd tot een consensus die in het belang is van de gemeente en onze inwoners.”
Fly-over
STERCK. Aalter zat de voorbije jaren steevast vooraan in het verkeersoverzicht door de ingrijpende werken aan de verkeerswisselaar. Hoe ver staat dit project?
De Crem: “De ambitie was om op dit verkeersknooppunt een veel vlottere doorstroming te faciliteren, want eigenlijk stond het verkeer daar bij momenten vaak stil. Met de E40, de N44, de Tieltsesteenweg (belangrijke oost-west-verbinding) en de weg richting Deinze komt daar ook heel wat trafiek samen. Nu zitten we zowat in de finale fase en moet alleen de aanleg van de fly-over (nieuwe afrit van de E40 vanuit Gent die over de Steenweg op Deinze naar de N44 en de nieuwe rotonde loopt) nog gebeuren. Die constructie is iets complexer dan aanvankelijk was ingeschat en heeft voor wat vertraging gezorgd, al heeft dat gelukkig niet tot extra verkeershinder geleid. We hopen dit project in het voorjaar van 2020 helemaal af te ronden. In elk geval merken we nu al dat het vernieuwde op- en afrittencomplex een enorme verkeersstroom aankan en vlotter verkeer in alle richtingen faciliteert.”
Dat was al een gigantische werf, maar de werken voor het optimaliseren van de spoorinfrastructuur moeten daar niet voor onderdoen …
Hoste: “De verbetering van de stationsbuurt was een absolute noodzaak. De NMBS investeert er 19 miljoen euro in extra sporen en verhoogde en beter bereikbare perrons. Voor mensen met een beperking, ouders met kinderwagens of personen met veel bagage was het een heuse uitdaging om op de perrons te geraken. Tegelijk zal Infrabel het aantal sporen tussen Gent en Brugge verdubbelen. Er komt ook een nieuw stationsgebouw. Het huidige is circa veertig jaar oud, maar zal worden gesloopt en maakt plaats voor een parkeergebouw voor wagens en fietsen, dat evenwel ook nog andere diensten zal herbergen. Zo komen er enkele kleine winkeltjes voor treinreizigers en een infodienst. In de stationsbuurt zullen we in het voorjaar van 2020 trouwens ons gloednieuw Kunstencentrum openen, waarin ook de bibliotheek en de academie worden ondergebracht.”
De Crem: “Bovendien is er daar momenteel heel wat private ontwikkeling, in de vorm van 440 nieuwe wooneenheden (400 appartementen en 40 woningen). De verkoop daarvan loopt als een trein, want veel mensen beseffen dat ze daar betaalbaar kunnen wonen op wandelafstand van het station. Met de trein staan ze op tien minuutjes in Gent en op 45 minuten in Brussel. De eerste plannen voor de heraanleg van de complete stationsbuurt dateren al van 1998, maar het heeft erg lang geduurd voor een structuur kon worden uitgetekend waarbij alle puzzelstukken wonderwel in elkaar pasten. De NMBS ontpopte zich voor dit project echt tot een ‘partner in crime’. Het enthousiasme is groot, omdat iedereen ook beseft dat dit een schoolvoorbeeld is van hoe mobiliteit, wonen en openbaar leven kunnen samengaan.”
STERCK. Komt er ook veel retail in die omgeving?
De Crem: “Dat willen we vermijden, het is niet de bedoeling dat daar een winkelcentrum komt. De retail die er komt, past binnen de context van een stationsomgeving. We willen vooral dat de mensen die daar zullen wonen, de koopkracht in het centrum naar een hoger niveau brengen. De Stationsstraat en de Lostraat zullen ook in de toekomst het commerciële hart én het belevingscentrum van Aalter blijven.”