Spreekbuis
Carlo Dilissen IndustrieGroep Overpelt

Spreekbuis

Carlo Dilissen - IGO Overpelt

Nolimpark is zonder twijfel de belangrijkste economische motor voor de gemeente Overpelt. Met grote spelers zoals Brabantia, Dyka en de bedrijven van de Profel-groep is Nolim ook een echte tewerkstellingspool. De IGO of IndustrieGroep Overpelt vertegenwoordigt de grootste Overpeltse bedrijven. Carlo Dilissen is aan zijn derde jaar als voorzitter bezig.

“Een groot gedeelte van de bedrijven op het industrieterrein zijn lid van IGO”, zegt hij. “In totaal hebben we een 100-tal leden. Niet iedereen kan of mag zomaar lid worden. Onze leden zijn bedrijven die ofwel gevestigd zijn op het Nolimpark, of die zich buiten het industriepark bevinden, maar toch minimum 5 mensen tewerkstellen. We willen echt een industriegroep zijn van ondernemers die een aantal voor hen belangrijke thema’s en gedeelde problematieken bespreken en in kaart brengen.”

STERCK. Wat zijn belangrijke thema’s voor IGO?

Dilissen: “We zijn nu toch al een paar jaar samen met het gemeentebestuur bezig met het dossier van de revitalisering van Nolimpark. Daarin zijn vooral burgemeester Jaak Fransen en Gunther Brebels voortrekkers. Het is een omvangrijk plan dat veel verder gaat dan alleen bewegwijzering en groenvoorziening. Zo is er onder meer een studie gebeurd over de parkeer-
gelegenheid voor vrachtwagens. Zoals op veel andere plaatsen hebben we steeds meer Oost-Europese chauffeurs die in de weekends op het industrieterrein overnachten en waar we een goede oplossing voor willen vinden.

Een ander dossier is dat van de reststromen waar nu in samenwerking met de POM een studie is gestart. Bedrijf A heeft een proces waarbij ze iets moeten verwarmen en creëert een overschot aan warmte. Die warmte kan bedrijf B dat ernaast ligt misschien gebruiken om zijn magazijnen op te warmen. Of het ene bedrijf heeft misschien dagelijks leveringen op paletten waar men verder geen raad mee weet, terwijl een buurman net paletten nodig heeft. Op die manier proberen we bedrijven met elkaar te verbinden. We trachten in kaart te brengen wie wat voor elkaar kan betekenen. Het zit soms in kleine hoekjes.”

STERCK. Ook netwerking is een belangrijk thema?

Dilissen: “We proberen onze bedrijven uiteraard meer samen te brengen. IGO is een vrij gesloten groep van ondernemers die al jaren lid zijn, al hebben we ook wel nieuwere leden. De meesten kennen elkaar al lang, maar toch stellen we soms vast dat we nog onvoldoende van elkaar weten wat iedereen precies doet en wat we voor elkaar kunnen betekenen. Daar moeten we nog meer aandacht aan besteden. Als je zaken kan doen met je buurman, moet je je klant niet in Zuid-Afrika gaan zoeken hè. Ik probeer daar als voorzitter ook het voortouw in te nemen. Als ik lokaal een aankoop kan doen tegen een normale prijs, zal ik het niet verder zoeken.”

STERCK. Zetelt het gemeentebestuur ook in jullie raad van bestuur?

Dilissen: Neen, maar we proberen gemiddeld wel een keer of drie per jaar een overleg met hen te hebben. Daarin bespreken we onze noden en houden zij een vinger aan de pols met wat wij bezig zijn. Ik moet zeggen dat het gemeentebestuur echt wel Nolimpark-minded is om het zo maar te zeggen. Ze proberen ons op alle mogelijke manieren te ondersteunen. Het feit dat ik zelf van Overpelt afkomstig ben en er ook woonachtig ben, geeft mij als voorzitter nog een extra boost. Als Overpeltenaar wil je er natuurlijk voor zorgen dat we op het gebied van tewerkstelling goede zaken doen in onze gemeente.”

CARLO DILISSEN

Noord-Zuid verbinding

STERCK. In hoeverre speelt de nabijheid van Nederland een rol voor jullie leden? Jullie zijn er sneller dan in Brussel of Antwerpen?

Dilissen: “Dat is een voordeel. Ik merk de laatste jaren dat er meer en meer bedrijven zich gaan focussen op Eindhoven en Nederland. Maar uiteindelijk is het wel jammer dat ze halvelings gedwongen worden om in die richting te kijken door de falende mobiliteit richting het midden en Zuiden van onze provincie.

De hele problematiek rond de Noord-Zuid verbinding wordt zwaar onderschat. Men beseft niet welke impact dat heeft voor de bedrijven in het Noorden van Limburg. Je moet je maar eens voorstellen dat een Roemeense vrachtwagenchauffeur aan de afrit Houthalen-Helchteren aan zijn baas meldt dat hij er bijna is, terwijl hij in werkelijkheid misschien nog een uur moet rijden tot pakweg Neerpelt. VOKA heeft eens becijferd dat het verlies voor Noord-Limburg sinds d.e eeuwwisseling tot nu toe om en bij de 1 miljard euro zou liggen. Dat is toch waanzinnig.

Als je zaken kan doen met je buurman, moet je je klant niet in Zuid-Afrika gaan zoeken.

We proberen op allerlei mogelijk manieren en ook samen met Focus Noord (de koepel van ondernemersclubs in Noord Limburg) actief aan dat dossier te duwen. Ik denk dat 99% van de mensen in Noord-Limburg voorstander is van een snelle oplossing. Wij voelen ons langzamerhand een beetje gegijzeld in onze eigen regio. Maar nog erger is dat het op dit moment aan elk perspectief ontbreekt. Als we nu zicht hadden op een concrete deadline van pakweg 2018, dan konden we daar naartoe leven. Maar er is nog totaal geen vooruitzicht. Dat leeft toch wel sterk bij de Noord-Limburgse ondernemers.”

STERCK. De aansluiting naar Antwerpen valt gelukkig wel nog mee?

Dilissen: “Dat is ook zo. We kunnen ofwel via Eersel naar de E34 rijden, dat traject is 13 kilometer langer maar wel veel sneller. Ofwel we kunnen via Mol en Geel naar de E313 toe gaan. Ook dat verloopt vrij goed. Tot aan de Antwerpse ring natuurlijk.”

Wat we voor elkaar kunnen betekenen zit soms in een klein hoekje.

STERCK. Welke troeven heeft Overpelt?

Dilissen: “We hebben een heel grote tewerkstelling in onze gemeente. In een jong gezin dat zich hier wil komen vestigen, kunnen met wat geluk zowel de man als de vrouw in eigen gemeente werk vinden. Er is niet alleen Nolimpark, maar ook de uitgebreide zorgsector met het Mariaziekenhuis, de MS-kliniek en noem maar op. Daarnaast hebben we alle mogelijke vormen van onderwijs, van een technische school tot ASO. En we hebben alle winkels die je nodig hebt. Je hoeft je dus niet ver te verplaatsen als je dat niet wil.”

STERCK. En voor de bedrijven is er nog grond beschikbaar?

Dilissen: “Ja, Nolimpark is nu bezig met Nolim Noord te ontwikkelen op de voormalige terreinen van Overpelt Fabriek. En dan komt er ook nog Nolim Oost. We hebben in het verleden heel wat instroom gehad van Nederlandse bedrijven die vroeger in Valkenswaard zaten, maar waar de prijzen van de industriegronden 4 tot 5 keer hoger lagen. Dat is nu wel stil gevallen. Of ze daar goed aan gedaan hebben is een andere vraag. Een industriegrond is een eenmalige investering, terwijl er wel elke maand loonkosten betaald moeten worden en die liggen hier 15 procent hoger. Dat is ook een nadeel van een gemeente dicht bij de grens. We zullen niet snel nog bedrijven uit Nederland aantrekken met de huidige belastingsdruk. En dan spreken we nog niet van de concurrentie uit Oost-Europa. Het is te hopen daar eindelijk wel eens verandering in komt.

INDUSTRIEGROEP OVERPELT [IGO]
  • Voorzitter Carlo Dilissen
  • 100-tal leden
  • Raad van bestuur komt één keer per maand samen
  • 5-tal activiteiten per jaar
Top5 meest gelezen
    Top5 gedeelde artikels